Nieuwsbrief januari 2023.

Studenten Diergeneeskunde gaan vaker extramuraal onderwijs volgen

Tijdens de Master Diergeneeskunde moeten de studenten van de Faculteit Diergeneeskunde een externe stage bij een dierenartsenpraktijk volgen. Tot nu toe was dat een periode van 8 weken tijdens het laatste studiejaar. In het nieuwe curriculum Diergeneeskunde is nu bepaald dat de studenten twee stages gaan lopen; de eerste in het eerste jaar van hun Master. Die duurt 5 weken. Tijdens het laatste jaar van hun Master volgen de studenten een stage van 10 weken bij een dierenartsenpraktijk. De eerste stageperiode is vooral bedoeld om kennis te maken met het werk in een eerstelijns dierenartsenpraktijk. Tijdens de tweede stageperiode leren de studenten daadwerkelijk het vak van dierenarts: het afnemen van de anamnese, het lichamelijk onderzoek, het opstellen van een diagnostisch plan en een therapeutisch plan en ze leren de eventuele behandelingen zelf uit te voeren. Kortom; ze worden klaargestoomd voor het vak van dierenarts. Vanaf april 2023 zullen de eerste studenten die vallen onder het nieuwe Curriculum hun externe stage gaan volgen. Ook bij Dierenkliniek Duurstede kunnen we studenten verwachten.

Dierenarts Monique van Paassen 25 jaar bij Dierenkliniek Duurstede

13 januari a.s. is er een feestje bij onze dierenkliniek; Monique van Paassen viert dan haar 25-jarig jubileum bij Dierenkliniek Duurstede. Dat is een enorme mijlpaal. In die 25 jaar heeft ze veel ervaring opgedaan, niet alleen bij Dierenkliniek Duurstede maar ook bij andere praktijken. Ze werkt bij Dierenkliniek Duurstede normaliter op alle maan- en dinsdagen en 1 x per maand doet zij ook een weekenddienst.

9 januari sluit de Dierenkliniek om 17.00 uur

Op 9 januari heeft ons team, samen met de teams van Dierenkliniek de Hoofdstraat in Driebergen, Dierenkliniek Leersum en Diergeneeskundig Centrum Doorn een praktijkuitje. Daarom sluit Dierenkliniek Duurstede die dag zijn deuren een uurtje eerder. Spoedgevallen worden die avond doorverwezen naar de afdeling Spoedeisende Hulp van het Evidensia Dierenziekenhuis in Nieuwegein.

Dierenarts Hans Sickmann van 2 januari t/m 17 januari afwezig

Dierenarts Monique van Paassen neemt gedurende die tijd zijn taken over. Vrijdag 6 en vrijdag 13 januari is er geen dierenarts aanwezig. De dierenkliniek is dan wel geopend. Afspraken worden op andere dagen gepland. Spoedgevallen op die vrijdagen worden doorverwezen naar Diergeneeskundig Centrum Doorn.

Tarieven voor Dier en Zorg Plan iets verhoogd

Op 1 januari worden de tarieven voor de maandabonnementen voor het Dier & Zorgplan iets opgehoogd. Reden hiervoor is dat de overige tarieven afgelopen jaar vanwege de inflatie ook verhoogd zijn. Alle abonnementhouders zijn op de hoogte gesteld.

Portosystemische shunt

Een moeilijke naam voor een abnormale verbinding tussen de achterste holle ader en de poortader. Normaliter wordt al het bloed dat afkomstig is van het maagdarmkanaal via de poortader  naar de lever geleid, waar het gefilterd wordt. Voedingsstoffen worden opgenomen en verder verwerkt. Afvalstoffen worden omgezet en vervolgens via de gal afgevoerd of, na omzetting terug gegeven aan de bloedcirculatie om daarna door de nieren afgevoerd te worden naar de urineblaas. Dit is de normale gang van zaken. Bij honden en in mindere mate bij katten komt het voor dat er een directe verbinding is tussen de poortader en de achterste holle ader, waardoor het bloed niet meer direct de lever bereikt en dus niet gefilterd wordt. Uiteindelijk komen deze stoffen wel via de slagader die naar de lever stroomt in de lever terecht om dan alsnog verwijderd te worden. Die abnormale verbinding wordt een “portosystemische” shunt genoemd. Eén van de afvalstoffen die in het maagdarmkanaal gevormd wordt en via de poortader naar de lever afgevoerd zou moeten worden, is ammoniak. Dit stofje is zeer giftig. Bij verhoging van de concentratie in het bloed worden de hersenen vergiftigd; er treedt sufheid op, soms zelfs resulterend in coma. We noemen dit syndroom: Hepato-encephalopathie. De sufheid is vooral kort na het eten merkbaar. Een typisch symptoom is het zogenaamde “dringen”. De patiënt loopt dan langzaam tegen een object (de muur bijvoorbeeld) op en blijft dan met de kop daar tegen aan duwen. Veel portosystemische shunts zijn aangeboren en erfelijk, maar bij een chronische leverontsteking en/of levercirrhose (verbindweefseling van de lever) kunnen ook portosystemische shunts ontstaan.

De diagnose van portosystemische shunts worden gesteld d.m.v. bloedonderzoek, aangevuld met echografisch onderzoek. De beste behandeling van aangeboren portosystemische shunts is een operatie. Er zijn verschillende operatietechnieken, afhankelijk van de soort shunt. Deze operaties worden alleen in gespecialiseerde dierenklinieken uitgevoerd. Ook is het mogelijk om de klachten die veroorzaakt worden door een portosystemische shunt te verminderen door verstrekking van een eiwitarm dieet (dan wordt er minder ammoniak gevormd) en door verstrekking van Lactulose door het voer (dat bindt de ammoniak in het maagdarmkanaal). Meestal wordt deze dieetmaatregel genomen in afwachting van een operatie of bij oude dieren die niet meer in aanmerking komen voor een operatie. In het algemeen is de prognose na een goed uitgevoerde operatie gunstig. Zonder operatie is er een matige levensverwachting.

De aangeboren portosystemische shunts worden vooral gezien bij dwergrassen zoals Yorkshire terrier, Cairn terrier (veel minder dan vroeger vanwege inmiddels genomen fokmaatregelen), Havanezer, Maltezer en Mopshond, maar ook bij enkele grote rassen zoals Ierse Wolfshond en Berner Sennenhund. In zeldzame gevallen worden de shunts ook bij katten gezien en dan vooral bij de Pers, de Himalayan en de Siamees. Er is dus duidelijk sprake van erfelijkheid bij de aangeboren shunts. Door goede fokprogramma’s is het mogelijk om de aandoening kwijt te raken, zoals bij de Cairn terrier al grotendeels gelukt is.